De markt(hal) bepaalt.
telegraaf.nl/nieuws/774112010/iconische-markthal-dreigt-nu-al-te-verpauperen-25-staat-leeg
Het gaat niet goed met de Markthal in Rotterdam. Een van de gebouwen waar onze eigen Winy Maas zijn faam aan te danken heeft. Natuurlijk, het is een fraai gebouw. Maar voor deze tijd totaal ongeschikt. En veel te groot. Blijkbaar ook al voor Rotterdam. Maar hoe hoog is dit gebouw? Maar 40 meter hoog! Dat is dus een kwart van de 160 meter hoge iconische bouwsels die in Eindhoven moeten verrijzen.
Laat dit een les zijn voor Eindhoven. Als dit soort gebouwen in Rotterdam al niet meer werken, gaan nog veel grotere gebouwen in het veel kleinere Eindhoven nog minder een succes worden.
Het is maar een van de voorbeelden waarom het Eindhovense stadsbestuur moet stoppen met dromen over internationale wereldspeler etc. Wees eens wat realistischer. En bouw in een schaal die past bij de stad. Anders zit je zo meteen opgescheept met grootschalige, leegstaande gebouwen. Het is nu al lastig om functies te verzinnen voor VDMA etc. En met alleen maar woonkastelen gaat de Eindhovense binnenstad ook niet verbeteren. Zo groot mogelijk bouwen staat niet gelijk aan een prettige, leefbare binnenstad.
De Eindhovense Downtown Gourmet Market is veel kleinschaliger. Maar daarom ook veel gezelliger. Wat past bij een Brabantse stad.
In mijn optiek geef je juist een ander punt aandacht met dit artikel: ook een lager gebouw kan mislukken. Het wondermiddel waardoor geen enkel bouwwerk meer hoeft te mislukken heet woonruimte. Zolang voorzien wordt in woonruimte en niet meer dan dat zal in de huidige situatie van woningnood elk bouwsel in aanzienlijke mate succesvol zijn. Al bouw je een betonnen drol met voldoende woninkjes erin: het verkoopt. Het wordt pas een risico wanneer er een andere functie aan een deel van het gebouw toegekend moet worden. Dat is precies wat we zien bij District E dat ontwikkeld wordt door Amvest. Zij hebben inmiddels succesvol weten te betogen dat ze de vrijheid willen om al het andere dan woningen eventueel te schrappen ten gunste van inderdaad woningen. Hoera voor de woningnood, condoleances aan de overleden levendige plint en de broodnodige reuring.
Voor de plint van nieuwe woongebouwen aan het Stadhuisplein is een supermarkt het enige rendabele bedrijf dat ik me kan voorstellen in het coronatijdperk. Dat levert geen levendige plint op.
Reuring is een vaag begrip. Het kan zowel gezellige als ongezellige drukte betekenen. Op dit moment en wellicht in de komende 10 jaar is drukte überhaupt niet zo aanbevelenswaardig.
Trouwens, men wil juist gebouwen slopen omdat er teveel ongezellige drukte is,
Volgens mij is dat hele reuring gedoe grote flauwekul. Wat moeten woongebouwen met die reuring, zeg maar overlast?
De markthal in Rotterdam is origineel vanwege de vorm en de prachtige,
grote fresco’s aan de binnenzijde.
Voor het overige is het een appartementengebouw over een grote hal. De appartementen aan de noordzijde hebben wel een aardig uitzicht.
De buitenzijde van de Markthal heeft weer het simplistische ruitjespatroon dat hoofdpijn en burnout bevordert.
Vóór het coronatijdperk gaf de exploitatie van de hal reeds jarenlang problemen. Daardoor veranderde de markthal in een vreethal. Het aanbod is vooral luxe etenswaar, in horeca en winkels
In het coronatijdperk is dat concept niet meer toekomstvast. Ooit heb ik bij een bank kredietverlening aan bedrijven gedaan. Het lijkt me niet verstandig de verliezen van de bedrijven binnen de markthal te financieren.
De gemeente Eindhoven zou hiervan kunnen leren dat men voor eventuele woongebouwen voorzichtig moet zijn met verwachtingen voor de invulling van de plint. In de afgelopen jaren hebben winkels een groeiende concurrente van webwinkels gekregen, terwijl er een wildgroei in de horeca heeft plaatsgehad.
Tenslotte behoren de kosten van eventuele fiasco’s gedragen te worden door de ondernemers, inclusief afbraak van leegstaande panden.
Vooral de laatste zin: ” Tenslotte behoren de kosten van eventuele fiasco’s gedragen te worden door de ondernemers inclusief afbraak van leegstaande panden” is een zin die bij mij zeer veel sympathie oproept.
De laatste 10 /15 jaar is de balans tussen gevolgen voor de samenleving en de gevolgen voor de individuele veroorzaker van negatieve gevolgen uit het lood.
Of anders geformuleerd: de samenleving draait op voor onverantwoorde keuze’s van soms een enkeling of kleine groep. De winst is voor hen en de brave burger betaald de rekening.