Deo wantlente

En ineens haalt je kroost je in,

Dan is het kind-zijn klaar,

Een pot met gel erin,

‘Want dit, di’s toch geen haar!’

 

‘En dat shirt, pap, dat kan echt niet meer,

Dus heb ik maar een ander besteld,

Zou je dat kunnen voorschieten, deze keer…

Ja sorry, dat had ik je beter eerst verteld.’

 

De badkamer ruikt weer iets te zoet,

Mijn longen protesteren,

Ik weet dat het op hun leeftijd moet,

In de strijd om het begeren.

 

Haartjes gekamd, sneakers en een strakke broek,

Terwijl de zon de dag al heeft gedoofd,

Sta ik op de overloop, danig naar mijn kluts op zoek,

Als ik het zelf niet zag, had ik het niet geloofd.

 

Ik ben definitief ontslagen uit mijn rol van ‘pappa’,

Ik ben ‘mijn vader’, ‘pap’ of ‘ons pap’,

Vanaf nu dus twee gringo’s en een guapa,

De treden naderen zich op dezelfde trap…

 

Ik werp mijn blik op de jongste pauw,

Mijn lengte heeft ie al een paar maanden,

Soms gaat de tijd tergend gauw,

Raar dat ik me zolang nog ‘pappa’ waande…

 

Hun geboorte staat me nog heel helder voor,

Van mijn grote dochter en twee dito venten,

Nu klinkt de jongste zelfs als een mannenkoor:

“Sorry pap, deo moet want het is lente!”

 

En ik denk, wat ben ik toch een mazzelbal,

Dat ik zo heerlijk met ze meereizen mag,

Ik hoest de trap af en denk, eenmaal in de hal,

‘Ik kan niet wachten tot de volgende lentedag…’

 

Fotobron: Bol.com (‘Het Mannenkoor’ is een reeks kinderboeken die ik eindeloos voorlezen mocht aan mijn ‘Bende van Gestel’). De auteurs zijn Marianne Busser en Ron Schröder. Er zijn oudere versies met illustraties van Akkie Bosje die wat aan werk van Escher doet denken. Een aanrader!

 

 

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *