Evaluatie “Deal” EU/VS van 27 juli 2025

Op 27 juli hebben de VS en de EU in het kader van de handelsoorlog van de Amerikaanse regering een “deal” afgekondigd over handel en investeringen. De vraag rijst wat daarvan de inhoudelijke gevolgen kunnen zijn voor de EU en vooral voor Nederland.

Daarvoor is het allereerst nodig de tekst van de “deal” te bestuderen. Opvallend is dat het gaat om een mondelinge “deal”, waarvan de Europese Commissie een soort transcriptie heeft gepubliceerd. Aan het slot van de tekst wordt vermeld dat de “deal” niet wettelijk ofwel juridisch bindend is. Ook staat daarin dat verder onderhandeld zal worden.
Kortom, er is geen sprake van een overeenkomst, zelfs geen mondelinge overeenkomst, maar van een intentieverklaring. Zowel de VS als de EU kunnen nog allerlei andere ontwikkelingen in gang zetten.
Zie:
https://ec.europa.eu/commission/presscorner/detail/en/qanda_25_1930

Dit gebeurt tegen de achtergrond van de snelle transformatie van de Amerikaanse overheid in een kwaadaardige autocratie die gepaard gaat met agressie, geweld en abrupt en levensbedreigend stopzetten van overheidsdiensten, zowel in het binnenland als het buitenland van de VS.

Een essentieel punt van de intentieverklaring vormen de tarieven voor de goederenimport in de VS uit de EU. In de eerste plaats gaat het om een algemeen wederkerig importtarief van de VS van 15 procent, voor goederen waarvoor sprake is van een wederkerig MFN-tarief. Een MFN-tarief is een meestbegunstigingstarief, waarbij alle andere landen van de Wereld Handels Organisatie hetzelfde tarief krijgen als het meest begunstigde land (behoudens uitzonderingen) Bij een wederkerig MFN-tarief wordt ervan uitgegaan dat de wederzijdse handelsbalans (goederen en diensten en eventueel nog meer economische feiten) ernstig wordt verstoord; bijvoorbeeld bij een bijzonder lage importprijs, zoals bij een toevloed van elektrische auto’s uit China.
Gebruikelijk is dat wederkerige tarieven berusten op feitelijk bewijs van verstoringen. De VS overheid werkt echter zonder bewijs, met machtsmisbruik.

Een aantal soorten goederen, bijvoorbeeld vliegtuigen, wordt door de VS vrijgesteld van importtarieven. Over de lijst van deze vrijgestelde, strategische goederen wordt verder onderhandeld. Daarnaast zullen er voor ijzer, aluminium en koper tariefcontingenten (hoeveelheden waarvoor een verlaagd tarief geldt) worden afgesproken, waarbij het speciale 50% invoerrecht voor deze producten wordt verlaagd.

Terwijl de VS de invoertarieven verhoogt, zal de EU bestaande lage MFN-invoertarieven vanwege de VS op 0 zetten. Verder doet de EU een aantal vage toezeggingen over liberalisering, handelsbelemmeringen voor de VS verminderen en versterking van samenwerking en economische veiligheid; misschien is het iets om de bende van Trump mee bezig te houden zonder schadelijke gevolgen.

Tenslotte vermeldt de EU intenties van het bedrijfsleven in de EU om voor € 700 miljoen aan fossiele en nucleaire energieproducten van de VS af te nemen en om € 550 miljoen in de VS te investeren.

Het meest concrete idee van de intentieverklaring/”deal” VS/EU is het importtarief van 15 procent voor goederen. De vraag rijst: wie gaat dat betalen? Uit een analyse van invloed van de tariefsverhogingen door de regering Trump-1 op Nederlandse exporteurs blijkt het volgende:
“… Dat betekent dus dat er een zogenaamd ‘tariff pass-through’ effect is, wat wil zeggen dat bedrijven in het land dat de tarieven instelt, zélf voor die kosten opdraaien. Dit leidt er vervolgens toe dat detailhandelaren een groot deel van hun winstmarge verliezen (Cavallo et al., 2019) of dat de Amerikaanse consument geconfronteerd wordt met hogere verkoopprijzen (Flaaen et al., 2019).”
Zie ook “Handelsbeleid Tarieven & Verdragen, 2020-l”:
https://longreads.cbs.nl/im2020-4/

De Amerikaanse topeconoom Paul Krugman, bekroond met de Nobelprijs voor economie, heeft in zijn blog op Substack een kritisch commentaar geschreven op de “deal” van de VS met de EU. Daarin stelt hij:
“This will hurt the world economy, with the burden falling mainly on lower-income Americans. The Yale Budget Lab estimates that Trump’s tariffs will leave the U.S. economy 0.4 percent poorer in the long run, which is very close to my own back-of-the-envelope calculations. But the tariffs are basically a sales tax that will reduce real income for poor and working-class families by about 1.5 percent, even as cuts in other taxes raise income for the wealthy.”
Zie “I Coulda Made a Better Deal”:
https://paulkrugman.substack.com/p/i-coulda-made-a-better-deal?utm_source=post-email-title&publication_id=277517&post_id=169523047&utm_campaign=email-post-title&isFreemail=true&r=5mm8ry&triedRedirect=true&utm_medium=email

Mijn conclusie is dat vooral de afnemers in de VS het tarief van 15 procent zullen gaan betalen. Dat kan leiden tot omzetverlies voor Nederlandse exporteurs van producten waarvan de omzetten in de VS min of meer reageren op een prijsverhoging van 10 tot 15 procent. In de studie over de tariefsverhogingen tijdens Trump-1 komt naar voren dat de omzetdaling voor prijsgevoelige producten toen van 10 procent in de eerste 3 maanden naar 20 procent daarna is opgelopen. Waarschijnlijk werkt het dit keer ook zo.

Overigens stelt Paul Krugman aan het begin van zijn artikel over de “deal” dat er geen sprake is van verstoringen in de handelsbalans VS/EU die de tariefsverhogingen van Trump rechtvaardigen. Dat impliceert dat er feitelijk geen sprake is van wederkerige tarieven.
Hij baseert deze stelling op de VS-gegevens 2024 over de import uit en export van goederen plus diensten in miljard $ naar de EU: $1126 import, $998 export, handelstekort VS $128 miljard; bovendien investeert het bedrijfsleven van de EU in 2024 netto $ 176 miljard in de VS.
De corresponderende gegevens in miljarden € van de intentieverklaring VS/EU zijn afkomstig van het (overkoepelende) statistiekbureau van de EU, EuroStat:
€866,8 export, €817,3 import, handelsoverschot EU $49,5.
Dus bij een koers van de dollar in euro van gemiddeld $0,95 bedraagt het handelsoverschot van de EU volgens EuroStat nog steeds ongeveer ⅓ van dat van de VS-gegevens van Paul Krugman.
Zie ook:
https://www.consilium.europa.eu/nl/infographics/eu-us-trade/#:~:text=De%20EU%20had%20in%202024,van%20bijna%20%E2%82%AC%20148%20miljard.

Aangenomen mag worden dat ambtenaren van de Europese Commissie die de onderhandelingen ondersteunen, exact weten waar het verschil tussen de VS-cijfers en de EU-cijfers in zit, maar daar is geen publicatie over te vinden.

Ook voor de expliciete intenties van de “deal” heeft Paul Krugman geen goed woord over. Zoals ook blijkt uit de transcriptie van 27 juli 2025, gaat het om intenties van het bedrijfsleven, waarover de EU niet kan beslissen. Bovendien bevordert de EU serieus de transitie van fossiele naar duurzame energie, waardoor de behoefte van de EU aan fossiele energie uit de VS drastisch zal verminderen.
Mijns inziens speelt bij die vermindering ook een belangrijke rol, dat de technologische ontwikkelingen ertoe hebben geleid dat fossiele energie anno 2025 structureel duurder is dan wind- en zonne-energie.
Zie “Fossil Fool”
https://paulkrugman.substack.com/p/fossil-fool?utm_source=post-email-title&publication_id=277517&post_id=169617206&utm_campaign=email-post-title&isFreemail=true&r=5mm8ry&triedRedirect=true&utm_medium=email

Geheel in lijn met Paul Krugman noemt Richard Quest, verslaggever/presentator economie en bedrijven van CNN de “trade deals” nadrukkelijk: “garbage” ofwel vuilnis; tijdverspilling waar niets van terecht zal komen.

Wat zijn de gevolgen van het 15% importtarief van de VS voor Nederland?
Dat is niet af te leiden uit publicaties van de EU over de import uit en export naar de VS in 2024. De uitsplitsing in hoofdcategorieën in de publicatie van de EU-Raad over de handel met de VS geeft geen inzicht in Nederland, omdat de variatie tussen landen tamelijk groot is. Bijvoorbeeld, Nederland heeft geen productie van personenauto’s, terwijl Duitsland enorme aantallen daarvan produceert, met in 2024 voor €34 miljard export naar de VS.

Het inzicht voor Nederland komt van het CBS, ambtenaren van de Nederlandse overheid die werken aan het dossier van de onderhandelingen VS/EU en bedrijfstakorganisaties en sommige Nederlandse megabedrijven zoals ASML. Voor een groot deel onttrekt dat inzicht zich aan algemeen beschikbare publicatie.
Een belangrijke, actuele publicatie is de Internationaliseringsmonitor Verenigde Staten 2025-I van het CBS.

Daarin staan de volgende (voorlopige) totaalcijfers voor 2024 in miljarden €:
goederen:
export NL naar VS 38,4
import NL uit VS 59,8
handelstekort goederen 21,4
diensten
export NL naar VS 32,7
import NL uit VS 50,5
handelstekort diensten 17,8
Totaal handelstekort €39,2 miljard

Zie verder de Internationaliseringsmonitor Verenigde Staten 2025-I :
https://longreads.cbs.nl/im2025-1/

Voor Nederland is derhalve het 15% invoertarief van de VS beslist geen wederkerig MFN-invoertarief. Eigenlijk zou Nederland volgens de aanpak van de VS-regering op zich recht hebben op wederkerig MFN-invoertarieven voor goederen, maar vanwege de eenheid als EU pakt het anders uit.

De Nederlandse overheid, bedrijven en burgers kunnen de import uit de VS verminderen door energieke bevordering van de energietransitie, zowel bij bedrijven als bij particulieren. Plus door computers, laptops en tablets bij voorkeur uit andere landen dan de VS te kopen:
import Nederland productgroep uit de VS in miljard in 2024:
ruwe aardolie € 11,1
aardgas € 5,3
computers, laptops en tablets € 3,3
Subtotaal 3 productgroepen € 19,7

Mijn conclusies:
De Europese Commissie heeft een perfecte afleidingsmanoeuvre uitgevoerd. Voor het overige onderschrijf ik het commentaar van Paul Krugman.
Gezien de situatie bij de Amerikaanse overheid en in het bijzonder het voortdurende machtsmisbruik is het onzeker of deze afleiding ook langer werkt dan 1 maand.

Nederlandse exporteurs van goederen die te maken hebben met het 15 procent tarief, zullen op basis van hun vakkennis moeten uitrekenen hoe ze het tarief met het minste verlies doorgeven aan de Amerikaanse afnemers en/of aandacht besteden aan andere landen (Bijvoorbeeld Canada?)

Vanwege de grote omvang van de industrie in Zuidoost-Brabant verdient de detaillering van de eventuele schade van de intentieverklaring VS/EU voor de regionale export van goederen naar de VS bijzonder onderzoek.

De Nederlandse import van goederen uit de VS zou met aller medewerking geleidelijk verminderd kunnen worden met maximaal ongeveer € 20 miljard, wat het handelstekort van Nederland met de VS zou minimaliseren.

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *