Tien vragen bij Tongelreep 2.0 (en antwoorden)
Eerder vandaag publiceerde Rien Valk het stuk “Eindhoven krijgt een nieuw zwembad” op deze website. Ook andere media berichtten over het plan. Natuurlijk is alles beter dan een doodstil pretbad, maar hoe goed en logisch is het voorstel van wethouder Wedemeijer nu echt? Daarom in dit stuk, ook voor Rien, het antwoord op een vraag of tien.
Vraag 1: Hoe groot is het CO2 voordeel als je de huidige installatie vervangt zonder grootschalige nieuwbouw?
Net zo groot. Dan zou het bestaande zwembad wat betreft CO2-uitstoot ook ineens met 96% verbeteren.
Vraag 2: Gaan we 19,2 miljoen euro investeren om te bezuinigen?
Antwoord: Wethouder Wedemeijer stelt “We gaan investeren om te bezuinigen”. Reken mee: we investeren nu 19,2 miljoen euro. Het verbouwde zwemcomplex kost ons daarna ruim 3,1 miljoen euro per jaar. Dat is volgens de gepubliceerde rapporten 220.898 euro minder dan in het laatste jaar van De Tongelreep (2015). We bezuinigen dus daadwerkelijk.
Vraag 3: Is ook nagedacht over de terugverdien-termijn?
In 2104, lees het jaartal alstublieft correct, is de 19,2 miljoen euro terugverdiend, maar dan moet het nieuwe complex inclusief het Pieter van den Hoogenbandgedeelte onverbouwd in functie blijven.
Vraag 4: Hoe lang zal het nieuwe complex reëel gezien meegaan?
Laten we als voor het gemak stellen dat het 40 jaar onveranderd in gebruik blijft. Om de 19,2 miljoen dan ’terug te verdienen’ moet de exploitatie na oplevering jaarlijks 480.000 euro voordeliger uitvallen dan in 2015.
Vraag 5: Bewijst de nieuwe impuls dat breedtesport en topsport hand in hand gaan?
Ja. Van de voorziene 19,2 miljoen euro gaat 1,5 miljoen naar het Pieter van den Hoogenband Zwemstadion omdat dat 11 jaar na oplevering bouwtechnisch niet volledig voldoet. Dat lees je enkel in een bijzinnetje van de gemeentelijke stukken en niet in de krant. Breedtesport betaald de topsport in Eindhoven opnieuw en gaan dus hand in hand.
Vraag 6: Zou een goede verbouwing / renovatie van de oude Tongelreep als pretwaterpark betaalbaarder zijn?
Ja, dat zou een goedkopere oplossing zijn. Zwembad ‘Mosaqua’ te Gulpen is iets kleiner maar kende dezelfde problematiek en had hetzelfde waterpretpark-karakter. Aldaar heeft de gemeente ook de afweging gemaakt tussen nieuwbouw en verbouwing. Het werd de laatste optie omdat die duidelijker goedkoper was. Het verschil in de rekenmodellen was dusdanig groot dat de keuze voor iedereen duidelijk was. De exploitatie werd na de verbouwing, conform plan, overgedragen aan een particuliere partij.
Vraag 7: Zou dat meer betalende bezoekers trekken dan het huidige plan?
Dat is zeer waarschijnlijk. In het huidige voorstel van wethouder Wedemeijer gokt men op 125.000 betalende recreatiezwemmers. Dat was in 2015 met 362.089 pretzoekers wel andere koek ondanks de minder goede staat van het pretbad. Een verbeterslag zal niet leiden tot een daling, zo dunkt mij.
Vraag 8: Is er een vraag te stellen over de betrouwbaarheid van de externe / onafhankelijke onderzoeken omtrent de toekomstige exploitatie?
Zeker waar het de second opinion betreft. Deze is uitgevoerd door dezelfde externe organisatieadviseur als die in 2013 de exploitatie van de kunstijsbaan onder de loep nam. Hij sprak destijds alle vertrouwen uit in de resultaatgerichte managementstructuur van de gemeentelijke uitvoeringsorganisatie. Dat bleek nog geen twee jaar later onterecht toen datzelfde management meer tijd doorbracht in het zwembad en vergat reclame te maken voor de ijsbaan.
Vraag 9: De kans op een ijsbaanscenario (uitbesteding) is van tafel?
Ja, op dit moment wel. Onder andere Sportfondsen Nederland BV had interesse in de exploitatie van het waterpret-gedeelte maar kwam er met de gemeente niet uit. Door het achterstallige onderhoud zouden er teveel kosten gemaakt moeten worden. Daar wilde de gemeente niet aan. Het is niet onwaarschijnlijk dat nu eerst een duur nieuw zwembad wordt gebouwd om daarna de volgende generatie politici op te zadelen met de onafwendbare, want efficiëntere, uitbesteding van de exploitatie.
Vraag 10: Is eerherstel voor het waterpretpark van De Tongelreep economische zelfmoord?
In tegendeel: renoveer het waterpretgedeelte, vervang een aantal pret-elementen en maak de installatie (bijna) CO2 neutraal. Contracteer vervolgens de beste exploitant zodat het zwembad goed wordt beheerd en gebruik de opbrengsten voor de bekostiging van het Pieter van den Hoogenband zwembad. Kent u iemand die het niet leuk vond in het waterpretgedeelte van De Tongelreep?
Nawoord:
Als u zich na het antwoord op vraag 10 afvraagt waarom de wethouder deze optie niet overweegt, dan is dat waarschijnlijk vanwege de aanbevelingen van de gemeentelijke interne adviseur Sport, sector Maatschappelijk Vastgoed & Sport. Dat is dezelfde ambtenaar die als contractmanager voldoende vertrouwen wekte bij de betrouwbare onafhankelijke adviseur uit vraag 8.
Los van de boekhoudkundige foefjes zoals Arie die beschrijft welke ideeën/adviezen kunnen Eindhovenaren de raadsleden aanreiken om het juiste te beslissen op 19 december om kapitaalsvernietiging en geld verspilling te voorkomen? Zijn er nog andere oplossingen denkbaar dan het antwoord op vraag 6? Zou hier crowd sourcing een bijdrage kunnen leveren. Hoeveel gebruikers zou de wethouder hebben gesproken en zaten daar ook de “pretzwemmers” met kinderen bij? Zinvol als de raad eens gaat praten in Gulpen zoals in antwoord 6 vergeleken wordt, toch?
Ik ben voor renovatie/verbouwing, wat vinden Eindhovenaren en andere gebruikers uit de regio?
Hallo Rien,
Dank voor je reactie. In feite heeft de gemeenteraad in meerderheid besloten geen waterpretpaleis te willen exploiteren. Dat wil dus niet zeggen dat De Tongelreep geen bestaansrecht heeft. In mijn optiek heeft de sector Maatschappelijk Vastgoed & Sport van de gemeente doelbewust aangestuurd op behoud van de eigen exploitatierol. Die zou uitgespeeld zijn bij handhaving van een waterpretgedeelte, daarin was de raad dus 100% helder. Een andersoortig zwembad zou misschien nog wel door de gemeente zelf te exploiteren zijn en dus is daarop ingezet.
Een ander belangrijk aspect betreft het belang om het Pieter van den Hoogenband Zwemstadion niet als losstaande gemeentelijke entiteit over te laten blijven. Dit zou namelijk tot gevolg hebben dat de kosten en baten ervan eenduidig en transparant zouden worden. Dat is nu niet het geval, Wanneer je denkt dat te weten welke gemeentelijke geldstromen naar het Pieter van den Hoogenband Zwemstadion lopen, moet je in ieder geval een verscheidenheid aan budgetnummers achterhalen en die vervolgens optellen. De gemeentelijke sector Sport heeft in dit kader baat bij onduidelijkheid.
Toen de ijsbaan nog volledig onder de gemeente viel, werd ook met budgetten van de ijsbaan gespeeld. Dat kon doordat binnen de Genneper Parken alle grote accommodaties onder één beheersclub vielen. Die schuifmogelijkheden zijn door het wegvallen van de ijsbaan verkleind en dat zou nog veel sterker het geval zijn als de exploitatie van De Tongelreep na een gedegen opfrisactie zou worden overgeheveld naar derden.
Het grote probleem met de recreatieve waterliefhebbers is dat deze ongeorganiseerd zijn. Het volstaat dan om als gemeente te roepen dat er te weinig bezoekers komen. Een ongeorganiseerde club zal zich niet verenigen, ook niet om te protesteren. De gemeente schildert het pretgedeelte dus ongestraft af als ‘niet langer interessant’. Daarna hamert de wethouder de weg terug ogenschijnlijk dicht door te stellen: ‘de gemeente is geen pretparkexploitant’. Jan Publiek ziet de ogenschijnlijke logica en concludeert dat de keuze voor een nieuw, andersoortig zwembad gerechtvaardigd is. Iedereen blij,
Groeten,
Bob
Ik vond ook nog een pdf waaruit af te lezen valt hoe de totstandkoming wat betreft ontwerp geschiedde. Je vindt die door deze link te kopiëren in je url-balk: https://eindhovensport.nl/sites/default/files/op_tongelreep.pdf
Tja, als ik die pdf even snel doorlees dan hebben ze hier echt hun best gedaan om duidelijk te krijgen wat de gebruiker wil. Chapeau dus!
Maar….. helaas wel uitgegaan van de absolute onmogelijkheid om het pretgedeelte te renoveren en later aan een derde partij te verkopen of uit te besteden.
De betere volgorde was geweest eerst inventariseren of Eindhoven (en de regio) het pretbad had willen behouden en daarna nagaan welke aanpassingen en/of verbeteringen onze inwoners graag hadden willen hebben.
De vraag blijft is er niks geleerd van het gedoe met de ijsbaan die nu toch zonder de gemeente commercieel beheerd wordt?
Net als bij de ijsbaan wordt geschermd met een miljoenenpotje van niet uitgegeven onderhoudskosten. Dit potje bestaat niet! Geld is opgenomen in begrotingen maar bestaat niet echt! Er is geen koffer, bankrekening of grote sok met miljoenen; het is een boekhoudkundig foefje! Hou toch eens op met dat foppen van burgers en raadsleden!
Beste Arie, dankjewel voor je reactie. Als ik het voorstel van de wethouder aan de gemeenteraad correct interpreteer, dan gaat het in dit geval over een papieren reserve van 8,7 miljoen euro. Het staat keurig vermeld in punt 2 van document 17bst01104 aan de raad. De letterlijke tekst:
“2. In totaliteit een krediet van € 19,2 mln. te bestemmen voor nieuwbouw van de
Tongelreep. De geraamde vervangingsinvesteringen die in de bestaande
onderhoudsplanning beschikbaar zijn voor de te slopen gebouwdelen ad € 8,7 mln.
beschikbaar te stellen ter dekking van de nieuwbouw. Daarnaast een aanvullend
krediet beschikbaar te stellen van € 10,5 mln”
In dit geval gaat het om ‘geraamde vervangingsinvesteringen’ die ten goede hadden kunnen en moeten komen van het waterpretgedeelte. De overeenkomst met de ijsbaan zit ‘m daarin dat ook daarvan werd gesteld dat opknapwerk en onderhoud véél te duur zou zijn. Op de vraag waar het potje ‘voor de geraamde vervangingsinvesteringen’ dan was gebleven, bleek die vier miljoen slechts een getal op papier. Anders gezegd: het geld was er niet ofschoon er elk jaar een deel van het budget apart werd gezet om het potje te vullen.
Misschien zit ik ernaast, maar dan nodig ik eenieder uit te reageren. Ik wil het zelf ook graag kunnen uitleggen aan mijn kinderen die de sluiting van De Tongelreep nog steeds betreuren…
Groeten,
Bob