Handleiding Windhinder en Windgevaar

Bij de Gemeente Rotterdam werken een paar ambtenaren die zich bezighouden met windoverlast rond gebouwen. Dat is duidelijk een probleem in Rotterdam want ze hebben daar hoge gebouwen en ze hebben daar veel wind. Voor de Gemeente Rotterdam is de Handleiding Windhinder en Windgevaar geschreven waar ook Eindhovenaren iets van kunnen leren.

Hieronder vindt U een samenvatting van die Handleiding.

Wat is Windhinder

Wat Windhinder betekent weet niemand. Zelfs Van Dale zegt van niks te weten.

Hoe hard het waait bepaalt of er sprake is van windhinder. Windhinder is meer dan ’tegenwind’ voor fietsers of voetgangers. Sociale en economische effecten van windhinder zijn vooral te merken bij activiteitengebieden zoals terrassen en looproutes.

Windhinder treedt op rond hoge gebouwen zoals kantoren, woontorens of hotels. Daarbij is dan sprake van verhoogde windsnelheden. Hierdoor kan het verblijf in de directe omgeving van deze gebouwen onaangenaam of zelfs gevaarlijk zijn.

Wat is Windgevaar

De NEN 8100 definiëert windgevaar als het ‘optreden van een zodanig hoge windsnelheid dat bij personen in ernstige mate problemen optreden bij het lopen. Hiermee wordt bedoeld evenwichtsverlies, waardoor het voor mensen onmogelijk wordt zich staande te houden of lopend voort te bewegen’. Ook gezonde volwassen kerels kunnen zich soms niet staande houden als het maar hard genoeg waait.

Windhinder laat zich niet gemakkelijk voorspellen. De wiskunde op dit gebied valt tegen en windtunnels zijn duur. Het boerenverstand helpt ook niet omdat windhinder vaak contra-intuitief is.

Een paar ervaringen uit de praktijk:

  • De vorm van een gebouw heeft de grootste invloed op wind.
  • Voetgangers hebben vooral last van Valwinden door onvoorspelbare wervelingen, hoekstromen en wind door luchtdrukverschillen.
  • Fietsers hebben vooral last van plotselinge windvlagen.
  • Hoge gebouwen vangen meer wind dan lage gebouwen. Ook de breedte van de straat of het plein tussen die hoge gebouwen hebben veel effect.
  • Wind komt in Nederland vooral uit het Zuid-Westen, dus het heeft zin om daar rekening mee te houden. Zie de windroos van de meest voorkomende wind in Eindhoven. Het plaatje is gestolen van meteoblue.com .

 

Mogelijke Oplossingen om windhinder te voorkomen:

Oriëntatie

Allereerst is de oriëntatie ten opzichte van de dominante windrichting Zuid-West van een gebouw belangrijk

  1. Bouw geen grote, gebouwvolumes loodrecht op de dominante windrichting, want deze vangen veel wind.
  2. Oriënteer grote passages en openingen tussen gebouwen niet op de dominante windrichting, want dan ontstaat er wind door luchtdrukverschil.
  3. Er ontstaan vaak windproblemen in straten in de dominante windrichting. (Maar soms wil je juist die wind voor ventilatie en om hittestress tegen te gaan.)

Beschutting bieden

Als je een stuk stad ontwerpt, is het verstandig om rekening te houden met de beschutting die gebouwen elkaar en de openbare ruimte bieden.

  1. Maak een gebouw niet te hoog in verhouding tot de gebouwen in de omgeving. Als het gebouw meer dan twee keer zo hoog is als de gemiddelde hoogte in de omgeving, is de kans op windproblemen groot.
  2. Zet veel hoge gebouwen op een kluitje, dan kunnen ze elkaar uit de wind houden. De dichtheid moet dan wel heel hoog zijn, bijvoorbeeld zoals in Manhattan.
  3. Houd rekening met de verhouding tussen de breedte van de straat of het plein en de hoogte van de bebouwing er omheen.
    1. Als de breedte van de weg of het plein meer dan drie keer de hoogte van de omringende gebouwen is dan biedt de bebouwing nauwelijks beschutting en komt vrijwel alle wind de straat of het plein op. Dus voor een plein van 100 meter breed bieden omringende gebouwen van 30 meter geen beschutting.
    2. Als de breedte van de weg of het plein minder dan 1,6 keer de hoogte van de omringende gebouwen is dan gaat juist de meeste wind over de bebouwing heen en valt deze niet op straat. Dus voor een plein van 100 meter breed bieden omringende gebouwen van 65 meter wel beschutting.
    3. Daartussen komt de wind deels op straat en gaat het deels over de gebouwen heen.
  4. Het is verstandig om pleinen te omringen met bebouwing. Als meer dan een kwart van de pleinrand open is, wordt de kans op windhinder op je plein groter. Openingen op de dominante windrichting worden sterk afgeraden.

Set-backs en luifels

Vrijstaande torens worden zeer sterk afgeraden vanwege windhinder en windgevaar. Vrijstaande torens veroorzaken valwinden die op het maaiveld vallen. Set-backs en luifels kunnen deze valwinden opvangen. Het is daarbij wel belangrijk dat deze set-backs en luifels aan de goede kant zitten: georiënteerd op de dominante Zuid-Westelijke windrichting.

  1. Set-backs zijn de beste optie. Een set-back is pas effectief bij voldoende grootte. Een vuistregel is dat een set-back bij een gebouw van 100 meter pas effectief is als deze minimaal 5 meter diep is.
  2. Luifels zijn een minder optimale optie. Luifels stoppen vaak op een punt waar de wind dan vanaf de luifel als nog het maaiveld opkomt. Soms is een risico dat ze zelfs averechts werken.

Het is verleidelijk om op de set-back of de luifel een mooie, groene daktuin te ontwerpen. Het nadeel is echter dat de valwinden die je opvangt met de set-back/luifel dan op de daktuin terechtkomen. Het kan dus knap hard waaien op de Belvedaire: A place not to be.

 

Aerodynamisch maken

Het is mogelijk om de valwinden te verminderen door meer wind langs of door het gebouw te laten stromen.

  1. Gebouwen kunnen aerodynamischer gevormd worden ten opzichte van de dominante windrichting. Er stroomt dan meer wind langs het gebouw, dus er ‘valt’ minder wind naar het maaiveld. Denk aan afrondingen.
  2. Daarnaast kunnen grote openingen in het gebouw helpen. De wind kan dan door de opening stromen voordat deze op maaiveld ‘valt’.

Als je het windklimaat wilt verbeteren, dan kan dat alleen met relatief grote veranderingen in het volume van het gebouw. Subtiele aanpassingen, zoals materiaal en reliëf van de gevel zijn nauwelijks effectief. Balkons kunnen zelfs averechts werken omdat de wind in de balkons stilvalt.

Aanpassingen in de publieke ruimte

De publieke ruimte aanpassen omdat een gebouw windhinder veroorzaakt is niet de goede oplossing. Een gebouw staat 100 jaar en de publieke ruimte moet vaker aangepast worden aan allerlei andere wensen van de gebruikers.

 

Huiswerk

Als je een keer een half uurtje over hebt, kijk dan eens naar Wind in the City van Emiel Arends. Het geeft een aardig inzicht hoe Rotterdam omgaat met windhinder.

En wat kan Eindhoven hiervan leren

In een volgende post (to be published) zal ik de hoogbouw binnen de ring van Eindhoven eens de maat nemen langs bovenstaande eisen en proberen aan te geven waar windproblemen te verwachten zijn in het Eindhoven van 2040.

 

 

 

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *